
Hoe start je met vaste voeding?
Het is zover! Vanaf ongeveer 4 maanden mag je het eerste lepeltje vaste voeding geven. Vroeger gaf je eerst fruitpap, nu raadt Kind en Gezin aan om te starten met een groentehap. Wat je ook verkiest, vaste voeding eten, is voor een baby niet zo vanzelfsprekend. Enkele tips.
Hoe overschakelen naar vaste voeding?
Vanaf vier maanden mag je beginnen met de eerste hapjes ‘vaste voeding’ in de vorm van een papje. Merk je dat je baby er nog niet aan toe is, wacht dan beter nog eventjes. Is de eerste poging geen groot succes? Dan kun je bijvoorbeeld twee weken later opnieuw proberen. Dwing je baby zeker niet om meteen de vaste voeding te accepteren. Maar schakel rustig over op een moment dat er geen andere grote veranderingen zijn in het leven van je kind.
De eerste hapjes zijn meestal licht verteerbare fruit of groentehapjes. (Groenten zouden in de beginfase beter verteerbaar zijn dan fruit) Je kunt ze eenvoudig zelf maken door fruit of gekookte groente te pureren met een mixer. Of stoom alles gaar in de Babycook, waarin je het meteen ook kunt mixen. Daarnaast kun je ook kant-en-klare babyvoeding kopen in potjes. Vanaf zes maanden mag je je baby een klein beetje vlees erbij geven. Vanaf acht maanden kun je starten met brood.
Nieuwe smaken proberen
Laat je kind kennismaken met verschillende smaken en varianten. Geef nieuwe voedingsmiddelen altijd eerst in kleine hoeveelheden om te kijken hoe hij erop reageert. Wissel liever niet te snel af van smaak, en laat je baby steeds een paar dagen wennen aan een nieuw voedingsmiddel. Stop niet met het aanbieden van een bepaald product als je denkt dat hij het niet meteen lust, maar probeer een aantal keer opnieuw. Het afhappen van een lepeltje is trouwens lastig, het kost sommige baby’s enkele weken vooraleer het lukt.
Een complete warme maaltijd
Als je kind eenmaal gewend is aan het eten van een groente- of fruithapje, dan kun je de maaltijd uitbreiden met vlees of vis (vanaf ongeveer 6 maanden). Vanaf 8 maanden mag het eten wat grover, en kun je het bijvoorbeeld prakken met een vork. Hoewel je kind nu een complete warme maaltijd gaat eten moet je voorlopig nog voorzichtig zijn wat je je kind geeft. Geef nog geen zout, suiker, honing of pinda’s.