Droomt jouw baby?
Hoe zit dat met dromen en nachtmerries bij een baby? Want net zoals volwassenen verwerkt je kind gebeurtenissen van overdag in zijn slaap. Hoe herken je het en wat kun je doen als je baby er angstig van wordt?
Kunnen baby’s dromen?
Uiteraard kunnen ze het ons niet vertellen, maar volgens deskundigen dromen baby’s vanaf 6 maanden ongeveer een derde van hun slaaptijd. (Een vergelijking: volwassenen vertoeven ongeveer 20% van hun slaaptijd in de ‘droomslaap’, ook wel gekend als REM-slaap.) Wat baby’s dromen, weten we natuurlijk niet, maar hun oogbewegingen en hersenactiviteiten volgen hetzelfde patroon als bij volwassenen. Waarschijnlijk dromen ze eerder in flarden over basisbehoeften als warmte, drinken en knuffelen.
Dromen tijden REM-slaap
We weten dat tijdens ons slaappatroon verschillende fases elkaar afwisselen. De fase van diep slapen is de non-REM-fase en die van lichter slapen is de REM-fase. REM staat voor Rapid Eye Movement, snelle oogbewegingen. Tijdens de lichtere REM-slaap dromen we. Wie in deze fase wakker wordt, kan zich zijn droom meestal nog herinneren. Naarmate de nacht vordert, is de periode van diep slapen korter en de REM-fase langer. ’s Ochtends dromen we dus het meest.
Kinderen hebben meer REM-slaap dan volwassenen, omdat ze meer nieuwe indrukken opdoen en dus meer te verwerken hebben. Zo kan je baby ’s nachts wel 5 keer naar dromenland reizen.
Wat bij nachtmerries?
Wordt je baby huilend wakker of zijn zijn vuistjes gebald. Dan kan hij een nachtmerrie hebben gehad die wel eens een zware indruk heeft nagelaten. Nachtmerries zijn geen reden tot een grote zorg. Iedereen heeft zo af en toe wel eens een nare droom. Ook bij baby’s hoort dit bij de ontwikkeling. Maar heeft je kind vaak last van heftige nachtmerries, dan kan er hem wat dwarszitten. Dromen geven namelijk aan waar je kind in zijn gevoelsleven druk mee bezig is. Troosten, geruststellen en een veilig gevoel creëren is het beste hulpmiddel. Neem je baby eventjes uit bed om hem te troosten en te knuffelen. Stel hem gerust door hem even dicht bij je te houden.