7 dingen die je beter niet zegt tegen je kind
Hoe vaak zeg jij tegen je kind ‘Doe eens een beetje verder’ of ‘Je moet niet wenen’? Maar eigenlijk doe je deze uitspraken beter niet tegen je kinderen. Het kan ook op een andere manier. Hoe? Dat vertellen we je hier.
Deze 7 uitspraken doe je beter niet meer
1. Je moet niet wenen
Door dit te zeggen, geef je mee dat je de emoties van je kind niet serieus meent. Beter is het om te zeggen ‘Ik begrijp dat je het niet leuk vindt dat je broer je geduwd heeft. Ik zal hem zeggen dat je dit niet fijn vindt.’
2. Doe eens een beetje verder
Het heeft geen zin om tegen een kind te zeggen dat hij moet voortmaken, want het gebeurt toch niet. Verzin liever een smoes om je kind ’s morgen de deur uit te krijgen. Maak er een uitdaging van door bijvoorbeeld te zeggen ‘om het eerst in de auto’.
3. Laat me even met rust
Natuurlijk mag je als ouder soms een break hebben, maar als je het te veel doet krijgt je kind het gevoel dat hij geen aandacht van je krijgt. Zeg altijd eerst wat je aan het doen bent, en vervolg met wanneer je tijd voor hem hebt.
4. Wacht maar tot papa thuiskomt
Nooit doen! Zo maak je van papa een slechterik en geef je je kind het gevoel dat je het zelf niet kan oplossen. Los het probleem altijd meteen op!
5. Flink gedaan
Positief gedrag belonen is natuurlijk goed, maar als je het constant doet heeft het geen waarde meer.
6. Als je braaf bent, krijg je een cadeautje
Een kind moet leren om iets uit zichzelf te doen zonder dat er steeds een beloning aan vasthangt. Eigenlijk is dit niet meer dan chantage.
7. Hou ermee op of…
Dreigen werkt gewoonweg niet. En bovendien komt het erg agressief over en weet je kind toch dat je zelden je dreigement waarmaakt. Stel beter een alternatief voor zoals: ‘in plaats van op de zetel te springen, kan je misschien buiten op de trampoline gaan springen’.