Mijn verhaal: Nathalie wordt voor de tweede keer mama dankzij ICSI
Nathalie (32) wist altijd al dat ze kindjes wilde. Helaas wou moeder natuur niet mee. Lees hier haar eerlijke verhaal over haar tocht door de vruchtbaarheidsbehandelingen.
“Als kind had ik al een beeld van mezelf als mama met twee of drie kindjes. Toen ik mijn huidige man leerde kennen, wist ik vrijwel meteen dat ik met hem een gezin wilde starten. Gelukkig zag hij dat ook zitten. We zijn al snel gaan samenwonen, en een jaar later hebben we een huis gekocht. Van zodra de verkoopovereenkomst getekend was, ben ik met de pil gestopt. Al na een paar maanden vond ik het lastig dat ik niet kon inschatten hoe lang het nog zou duren eer ik zwanger was. Ik laat niet zo graag dingen aan het toeval over, maar je hebt nu eenmaal geen controle over de natuur. Ik deed mijn best om geduldig af te wachten, maar toen ik na een jaar nog niet zwanger was, ben ik naar de gynaecoloog gegaan om uitleg te vragen.
“De grond zakte onder mijn voeten weg. De kans om spontaan zwanger te worden, was zo goed als nihil …”
Mijn gynaecoloog heeft eerst mij uitgebreid onderzocht, maar vond niks afwijkends. Dan heeft mijn man een spermastaal laten controleren. Routinecontrole, dachten we: hij is tenslotte een gezonde jonge man. Maar dan kwam dat telefoontje van de gynaecoloog dat ik mij waarschijnlijk voor altijd zal herinneren. In eerste instantie zag alles er prima uit qua aantallen enzovoort, maar toen zei ze: “Maar er is wel iets …” en wist ik dat het fout zat. De grond zakte onder mijn voeten weg. Mijn man maakt antistoffen aan tegen zijn eigen zaadcellen. Daar is geen reden voor. Het is gewoon een foutje van de natuur. Niks aan te doen. Het gevolg is dat het grootste deel van zijn zaadcellen samenklontert, en dan kunnen ze dus niet meer zwemmen. Hier en daar zwemt er een goeie tussen, maar veel zijn dat er niet, en de kans om spontaan zwanger te worden, is dus zo goed als nihil.
Mijn eigen gynaecoloog kon ons niet verder helpen, en we werden doorverwezen naar het UZ in Jette. Daar werden eerst ook nog wat onderzoeken uitgevoerd. Er moest ook veel papierwerk in orde gebracht worden. Onze arts daar was heel lief en heeft ons heel veel informatie gegeven. Ik vond het fijn dat we altijd heel goed wisten wat er ging komen.
“Meerdere keren per week heen en weer rijden naar het UZ voor echo’s en bloedafnames, niks kunnen plannen omdat je vaak pas heel kort van tevoren weet wanneer je voor een echo moet gaan, de onzekerheid of alles wel gewoon gaat zoals het hoort, de zenuwen voor het resultaat, … Het was zwaar.”
De resultaten van alle onderzoeken wezen meteen in de richting van ICSI (intracytoplasmatische sperma-injectie), een vorm van IVF waarbij in het labo 1 zaadcel rechtstreeks in de eicel gebracht wordt. Daardoor haal je alle mogelijke barrières voor de zaadcel weg. Maar we waren nog jong, en ICSI is meteen een grote stap. Als dat niet lukt, is er ook geen ‘zwaardere’ behandeling meer die een uitkomst kan bieden. Omdat er maar 6 pogingen vergoed worden door de mutualiteit, en ze ons toch iets meer kansen wilde laten benutten, stelde onze arts voor om eerst 3 pogingen te doen met kunstmatige inseminatie.
Niet dat we daar erg hoge slaagkansen mee hadden, maar onder het motto ‘wie niet waagt, niet wint‘, gingen we ervoor. Tenminste, we hebben eerst nog een paar maanden gewacht zodat we in alle rust konden trouwen en op huwelijksreis konden gaan. Toen we met de eerste behandeling begonnen, was het net 2 jaar geleden dat ik met de pil was gestopt.
Die drie maanden met inseminaties vond ik persoonlijk al zwaar vallen. Meerdere keren per week heen en weer rijden naar het UZ voor echo’s en bloedafnames, niks kunnen plannen omdat je vaak pas heel kort van tevoren weet wanneer je voor een echo moet gaan, de onzekerheid of alles wel gewoon gaat zoals het hoort, de zenuwen voor het resultaat, … Gelukkig kon ik op het werk op veel begrip rekenen, en hielpen mijn collega’s en verantwoordelijken zoveel mogelijk mee om mijn afwezigheden op te vangen. Toch ben ik in die periode minder uren beginnen te werken, omdat ik het niet volhield om alles te combineren.
“Mijn man voelde zich vaak schuldig dat ik die behandelingen moest ondergaan, terwijl het probleem bij hem lag. Ik zag het anders: wij wilden samen een kind, dus wij hadden samen een probleem.”
Drie keer was het resultaat negatief. Ik had er ook niet echt op gerekend, maar toch was het elke keer een grote teleurstelling. Ik was opgelucht toen we eindelijk met ICSI konden starten. Daar had ik meer vertrouwen in. Maar het is toch echt niet niks; jezelf meerdere keren per dag hormonen inspuiten, met alle neveneffecten die daarbij horen.
Mijn man voelde zich vaak schuldig dat ik die behandelingen moest ondergaan, terwijl het probleem bij hem lag. Ik zag het anders: wij wilden samen een kind, dus wij hadden samen een probleem. Oké, zijn fysieke rol in zo’n behandeling is erg beperkt, maar hij steunde mij wel enorm. Ondanks dat ik dikwijls erg zenuwachtig was, probeerden we het beste te maken van die periode en door alle ups en downs samen te beleven, zijn we wel dichter naar elkaar toe gegroeid.
“Een paar uur na de bloedprik kreeg ik telefoon, en toen de mevrouw aan de andere kant van de lijn zei: “ik heb goed nieuws voor u”, stond de hele wereld even stil – op een fijne manier deze keer.”
Bij onze eerste ICSI-poging zijn er 8 eicellen gevonden. De eicelpunctie vond ik enorm pijnlijk, en de dagen erna waren slopend: bang afwachten op een telefoontje met het resultaat. Gelukkig was dat behoorlijk goed: van de 8 eitjes waren er 6 goed bevrucht geraakt. Drie daarvan waren van uitstekende kwaliteit. Het beste werd na 5 dagen bij mij teruggeplaatst, en de andere twee gingen in de vriezer.
Twaalf dagen gingen voorbij. Lange, trage dagen vol twijfels en angsten. Toen het moment van de bloedtest dichterbij kwam, werd ik misselijk. Ik dacht dat het aan de hormonen lag die ik nog steeds moest nemen; mijn pessimistische kantje kon niet geloven dat het een voorteken zou zijn van een zwangerschap. Een paar uur na de bloedprik kreeg ik telefoon, en toen de mevrouw aan de andere kant van de lijn zei: “Ik heb goed nieuws voor u”, stond de hele wereld even stil – op een fijne manier deze keer. Toch ben ik meteen na het werk nog een zwangerschapstest gaan kopen, zodat ik het ook met mijn eigen ogen kon zien. 2,5 jaar hadden we er ondertussen op gewacht, dus het heeft nog een tijdje geduurd eer ik het goed kon geloven.
Mijn zwangerschap zelf was een hobbelige rit. Bij de eerste echo bleek het embryo perfect in orde, maar de vruchtzak was gedeeltelijk losgekomen van mijn baarmoederwand. Het kon twee kanten op: ofwel groeide de opening vanzelf weer dicht, ofwel zou de vruchtzak volledig loskomen en zou ik het kindje verliezen. Gelukkig bleek het een week later weer stevig vast te zitten.
De klassieke kwaaltjes volgden: misselijkheid, vermoeidheid, een beetje rugklachten. Maar ik genoot met volle teugen van het leven in mijn buik.
Aan het einde van het tweede trimester bleek mijn bloeddruk op regelmatige basis aan de hoge kant te zijn, en bleek ons kindje minder goed te groeien dan verwacht. De gynaecoloog dacht dat de placenta niet zo goed zijn werk deed, en vreesde voor een mogelijke zwangerschapsvergiftiging. Ik werd nauwlettend in de gaten gehouden, maar alles bleef goed gaan.
Een week voor de uitgerekende datum braken mijn vliezen, en na slechts 4 uur weeën hield ik onze mooie dochter al in mijn armen. Een grote droom die uitkwam.
We hebben lang getwijfeld of we voor een tweede kindje zouden gaan of niet. Opnieuw starten met behandelingen zag ik niet meteen zitten, en we hadden het goed met ons drietjes. In eerste instantie besloten we het aan het toeval over te laten: geen anticonceptie, en we zien dan wel of er ooit toch eens 1 van die weinige goeie zwemmertjes zijn werk doet. Als er zich een tweede kindje zou aandienen, was het absoluut welkom.
Een jaar ging voorbij, en stilaan merkte ik dat ik toch echt weer teleurgesteld werd telkens ik niet zwanger bleek. Maar terugkeren naar het UZ? Daar was ik echt nog niet klaar voor.
Toen onze dochter 2 werd, moesten we toch echt gaan aanvaarden dat er zonder hulp geen tweede kind zou komen. We hebben lang gebabbeld over onze eigen draagkracht, en over de effecten die een nieuwe behandeling zou hebben op ons gezin.
Onze kinderwens was groter dan onze angsten, en ik raapte al mijn moed bijeen om opnieuw een afspraak te maken in het UZ. We konden al vrij snel onze ingevroren embryo’s laten terugplaatsen. Het eerste was succesvol ontdooid, maar is helaas niet ingenesteld. Een maand later hetzelfde verhaal, en daar stonden we plots weer met lege handen.
“Ondanks dat het geen grote verrassing was deze keer, was het toch magisch om in Disneyland − of all places − een plustekentje op een zwangerschapstest te zien verschijnen.”
We wisten dat er een wachtlijst was om met een nieuwe behandeling te kunnen starten, dus planden we nog een uitstapje naar Disneyland in de week van kerst, om dan na de feestdagen weer met volle moed aan de hormonenspuiten te kunnen beginnen.
Maar dan bleek er een plaats vrijgekomen te zijn, en konden we vroeger dan gepland weer starten. De dag voor kerstavond werden er 4 eicellen gevonden. Ik was een beetje teleurgesteld: slechts de helft zo veel als de vorige keer, en dan moesten we nog aan de afvalrace beginnen. Maar ze bleken alle 4 goed bevrucht, en 3 ervan waren van heel goede kwaliteit. Ook deze keer werd er eentje teruggeplaatst en 2 ingevroren.
Ons uitstapje naar Disneyland hebben we een weekje verplaatst, en op de dag dat we vertrokken voelde ik mij misselijk. Een heel herkenbare soort misselijkheid. Ik mocht pas 3 dagen later bloed laten prikken in het UZ, maar ik wist het eigenlijk al. Ondanks dat het geen grote verrassing was deze keer, was het toch magisch om in Disneyland − of all places − een plustekentje op een zwangerschapstest te zien verschijnen.
Ik zit nu in het tweede trimester van mijn zwangerschap, en alles ziet er perfect uit. Ondanks dat ik deze keer wel heel erg misselijk ben geweest, en tot voor kort niet zo heel veel eten binnenhield, groeit ons kindje goed. Hij of zij loopt zelfs een beetje voor op het gemiddelde. Mijn bloeddruk is onder controle; ik heb deze keer niks om mij zorgen over te maken. Onze dochter is ook heel erg trots: ze vertelt tegen iedereen dat ze grote zus wordt. Puur genieten!”
LEES OOK:
- Hoe lang duurt het voor je zwanger bent?
- Vruchtbaarheidsbehandelingen: een overzicht
- Vruchtbaarheidsproblemen: wat is de impact op je relatie?
Volg ons op Facebook, Instagram, Pinterest en schrijf je in op onze nieuwsbrief (onderaan de homepage) om op de hoogte te blijven van alle nieuwtjes!