Mijn verhaal: Isabel en Kristoff verloren hun tweeling na vijf maanden zwangerschap
Isabel en Kristoff verloren in 2015 hun tweeling na vijf maanden zwangerschap. Nadien kregen ze een dochter Nina en een zoon Arno.
Veel te vroeg op de wereld
Isabel (34): “15 augustus is voor elke Antwerpenaar Moederkesdag, maar voor mij is het nu al bijna zes jaar de dag waarop ik géén mama werd. Ik was vijf maanden ver toen ik de dag voordien, rond half acht ’s morgens, moest niezen en plots vocht verloor. Nog geen uur later stonden Kristoff en ik in het ziekenhuis. De verpleegkundige twijfelde eerst nog, maar toen mijn vliezen braken na een inwendig onderzoek werd meteen duidelijk dat mijn vermoeden juist was: het was vruchtwater. ‘Jij blijft hier’, zei de gynaecoloog. ‘Met wat geluk en platte rust blijft de tweeling nog een tijdje zitten.’ Dat ik de volgende dag al in de verloskamer zou liggen om mijn twee kindjes veel te vroeg op de wereld te zetten, was gewoon niet te bevatten. Enkele minuten eerder hadden ze me nog met een stevige schop laten weten dat ze nog leefden.
Jij blijft hier’, zei de gynaecoloog. ‘Met wat geluk en platte rust blijft de tweeling nog een tijdje zitten.
Heel mijn lichaam schreeuwde om niet te persen. Kasper werd doodgeboren. Nora ademde, maar haar longen waren niet sterk genoeg. Een paar tellen later waren we ook haar voorgoed kwijt. Ik herinner me nog goed dat ik een verpleegkundige met de kindjes naar de deur zag gaan. ‘Wat ga je doen?’, vroeg ik. ‘Hen iets moois aantrekken’, antwoordde ze. Ik had meteen het gevoel dat er iets niet juist was. Als Kasper en Nora aangekleed werden, zou het voelen alsof ik net twee gezonde baby ’s op de wereld had gezet. Alsof wat er zich in de verloskamer had afgespeeld, niet gebeurd was. En dat wilde ik niet. Ze probeerde me nog te overtuigen, maar uiteindelijk legde ze zich erbij neer en liet ze ons alleen. Kasper en Nora lagen samen in een lakentje gewikkeld, met hun gezichtjes naar elkaar, hand in hand. Het klinkt misschien vreemd, maar we hebben hen niet vastgepakt, zelfs niet aangeraakt. Omdat ik me geen mama voelde. Sommige vrouwen krijgen dat moedergevoel nog vóór ze zwanger zijn. Anderen voelen zich mama worden tijdens de zwangerschap en nog anderen, zoals ik, op het moment dat ze voor het eerst hun kindje in hun armen nemen. Maar ik had geen warme lijfjes om tegen me aan te drukken. Geen gebroken nachten, geen vuile luiers, niets. Alles wat ik nódig had om me mama te voelen, was ik kwijt.”
Ik had geen warme lijfjes om tegen me aan te drukken. Geen gebroken nachten, geen vuile luiers, niets. Alles wat ik nodig had om me mama te voelen, was ik kwijt.
Geef het wat tijd
“De dagen en weken na het verlies van Kasper en Nora was het verdriet immens, maar tegelijk wisten we dat we onze kinderwens nog niet wilden opbergen. De dag na de bevalling had ik aan de gynaecoloog gevraagd wanneer ik weer zwanger mocht worden. ‘Zodra het kan’, zei hij. ‘Als je lichaam nog niet klaar is, zal het niet gebeuren.’ Nadat ik één keer ongesteld was geworden, besloten Kristoff en ik er opnieuw voor te gaan. We voelden dat het verdriet perfect kon samengaan met een nieuwe zwangerschap. Maar niet iedereen zag dat zo. ‘Geef het wat tijd’, zeiden sommigen. Of: ‘Nu beginnen is niet zo slim, dan wordt dat nieuwe kindje een vervangkindje.’ Maar zo zag ik het helemaal niet. Een vervangkindje van wie? Ik heb de kans niet eens gekregen om mijn tweeling te leren kennen. Er was niets om te vervangen.
Na een buitenbaarmoederlijke zwangerschap was ik in februari opnieuw zwanger. Met een positieve zwangerschapstest in mijn hand liep ik de keuken in en bracht ik Kristoff het goede nieuws. Natuurlijk waren we gelukkig, maar die naïeve blijdschap die we bij de tweeling voelden, was er niet meer. Ik was nog maar zes weken ver toen ik al voor een eerste keer op controle ging bij de gynaecoloog. Dat we slechts één hartslag hoorden, was een grote opluchting. Een nieuw verhaal, dat helemaal niet te vergelijken viel met de eerste zwangerschap. Al merkte ik wel dat ik afstand hield van de baby. Dat werd pijnlijk duidelijk toen de gynaecoloog ons vroeg of we het geslacht wilden weten. Kristoff en ik stemden toe, waarop die ons vertelde dat het een meisje was. ‘Oké’, zei ik, meer niet. Wat maakte het uit of het een jongen of een meisje was, belangrijker was toch dat alles in orde was?”
Terwijl andere ouders misschien zouden zeggen dat ze vier kinderen hebben, zeggen Kristoff en ik dat we er twee hebben en twee hebben gehad.
In tranen bij de gynaecoloog
“Het moeilijkste moment van de zwangerschap was ongetwijfeld toen ik vijf maanden ver was, het punt waarop we de tweeling verloren. Ook al zei de gynaecoloog dat ons kindje het prima stelde, zijn woorden van enkele dagen vóór de bevalling van Kasper en Nora galmden nog na: ‘Dat zijn twee blije kindjes, die voelen zich duidelijk goed.’ We hadden geen reden om ons zorgen te maken, en toch liep het mis. Welke garantie hadden we nu wel dan? In de praktijk van de gynaecoloog ben ik in tranen uitgebarsten. Achteraf besefte ik dat ik geen verdriet had om het verlies van Kasper en Nora, maar omdat ik plots besefte dat de tweeling tot dan nog altijd belangrijker was dan de baby in mijn buik. Pas toen ik die vijf maanden gepasseerd was, werd dat kleine meisje belangrijker. Dat maakte me bang. Als ik haar zou verliezen, dan zou het nog ondraaglijker zijn…
Dat zijn twee blije kindjes, die voelen zich duidelijk goed.’ We hadden geen reden om ons zorgen te maken, en toch liep het mis.
Maar na een probleemloze zwangerschap van net geen acht maanden werd Nina geboren. Al was het niet de bevalling waarop ik had gehoopt. Eerder die dag had de gynaecoloog gezien dat het hartje van onze baby niet snel genoeg klopte. Ik moest ingeleid worden en met een keizersnede bevallen. Ik heb me even verzet, want ik wilde zo graag die veertig weken halen. Maar ik zette mijn gevoelens opzij en deed wat moest, voor Nina. De eerste seconden heb ik Nina niet kunnen zien, door het doek dat tussen ons in hing. Maar alleen al haar gekrijs, was een grote opluchting. Samen met haar begon ook ik te huilen. Toen de vroedvrouw haar liet zien, was ik verbaasd dat ze al zo groot was. Maar toen vertelden ze ons dat Nina naar neonatologie werd gebracht. Ze was prematuur, en ze wilden haar voor de zekerheid observeren. Dat voelde zó verkeerd. Het voelde even alsof we opnieuw een kindje verloren. Na vijf dagen werd ik ontslagen uit het ziekenhuis, maar Nina moest nog een dagje langer blijven. Eén ding was zeker: ik zou niet nog eens naar huis gaan zonder baby. Gelukkig begrepen de artsen en verpleegkundigen me, en mocht ik bij haar blijven.”
Voor het eerst echt mama
“Of het verlies van Kasper en Nora van mij een overbezorgde mama heeft gemaakt? Ik denk het niet. De eerste weken was ik wel beschermend. Maar dat lag eerder aan het feit dat ik voor het eerst echt in de moederrol moest kruipen. Ik herinner me nog dat ik op een dag in de zetel zat, met Nina in mijn armen, en dat ik huilend mijn mama heb opgebeld. ‘Ik weet niet wat ik moet doen!’ Ze is meteen in de auto gesprongen en niet veel later zaten we samen in de zetel, niets te doen. (lacht) Voor elke mama is het zoeken, zeker bij de eerste. Bij Arno, die tweeënhalf jaar later geboren werd, ging ik veel meer op mijn gevoel af. Op een dag wil ik Nina en Arno graag vertellen over de tweeling, als ze groot genoeg zijn. Wat ik ga zeggen? Dat ik voor hen al een keer zwanger was, van Kasper en Nora. Dat die kindjes te vroeg zijn geboren, en er nu niet meer zijn. Niet dat ze nog een grote broer en zus hebben, dat voelt voor ons niet juist. Al kan ik heel goed begrijpen dat andere ouders dat wel doen.
Iedereen rouwt op zijn eigen manier, en dat is ieders goed recht. Terwijl anderen misschien zouden zeggen dat ze vier kinderen hebben, zeggen Kristoff en ik dat we er twee hebben, en twee hebben gehad. Wat niet wil zeggen dat we hen zomaar vergeten. Nora en Kasper zijn de kindjes die me een bolle buik hebben gegeven, die best hard konden schoppen, die mee naar Duitsland en Frankrijk zijn gegaan en zo vaak op de koffie bij mijn ouders. De mooie herinneringen aan die zwangerschap, die blijf ik mijn leven lang koesteren.”
In ‘De herfst kwam te vroeg’ (Witsand Uitgevers) vertelt Isabel openhartig over de vroeggeboorte en doodgeboorte van haar kindjes.
WIL JIJ JOUW MAMA- OF PAPAVERHAAL VERTELLEN?
Mail dan naar info@libellemama.be en vertel het ons in het kort. Dan nemen we snel contact met je op.
Meer aangrijpende verhalen lezen?
- Mijn verhaal: Lianne kreeg borstkanker toen haar dochtertje 7 maanden oud was
- Mijn verhaal: Nette (8 jaar) is zoveel meer dan haar beperkingen
- Mijn verhaal: Britt en Wouter verloren hun zoontje een paar dagen voor de geboorte
Volg ons op Facebook, Instagram, Pinterest en schrijf je in op onze nieuwsbrief (onderaan de homepage) om op de hoogte te blijven van alle nieuwtjes!