neen zeggen
© Getty Images

Neen zeggen tegen je kind: dit zijn de alternatieven

Als we zouden tellen hoe vaak we ‘neen’ zeggen tegen onze peuter in slechts een dag, we zouden stomverbaasd zijn. Een positieve formulering kan in veel gevallen ook en verbetert zelfs het zelfbeeld van je kindje. Dit zijn de alternatieven voor een ‘neen’.

Neen zeggen tegen je kind

“Stop met gooien met zand”
“Neen, je mag geen koekjes”
“Je mag hier niet lopen”

Het zijn slechts enkele voorbeelden van dingen die je zonder nadenken tegen je kindje zegt. We focussen nog te vaak op wat niet mag, terwijl een positieve formulering in de meeste gevallen een prima alternatief is.

Het alternatief voor neen zeggen: een positieve formulering

Hoe doe je dat? We leggen het uit aan de hand van enkele voorbeelden.

In de zandbak

Je peuter zit in de zandbak te spelen in de speeltuin om de hoek. Op een bepaald moment zie je dat hij met zand begint te gooien en je bent bang dat hij per ongeluk een ander kindje zal raken met een gênante situatie tot gevolg. In de plaats van vanaf je bankje “stop met zand gooien” te roepen, kun je vast wel een positieve formulering bedenken. Ga om te beginnen rustig bij je kindje zitten en spreek hem zacht toe. Laat hem zien wat je wel met het zand kunt doen. Misschien leg je al het zand op elkaar om zo een mooie berg te vormen?

In de supermarkt

Je bent moe en je moet voor je thuis aan het eten kunt beginnen, nog gaan winkelen met je kindje in de kar. Je weet dat die grijpgrage handjes voor je ‘t goed en wel beseft koekjes uit het rek hebben gesleurd. In plaats van op het moment zelf “neen, dat mag niet” te roepen door heel de supermarkt, kun je dit eens proberen: terwijl jullie de winkel in wandelen, zeg je tegen je kindje dat je weet dat er veel lekkere koekjes in de winkel zijn, maar dat jullie vandaag enkel snel brood en fruit nodig hebben. In het weekend hebben jullie wat meer tijd en dan mag hij een pakje koekjes kiezen.

Broer of zus ophalen op school

Jullie gaan grote broer ophalen op school en je voelt het zo aankomen. Nog voor je de gang inloopt, weet je dat je peuter met veel kabaal naar de klas zal hollen! Je kunt de boze blikken van andere ouders en de juffen die eens door het raampje kijken al voelen. Voor je de deur naar de gang opent, neem je je peuter bij de hand en zegt “Kom, we gaan samen naar broer” of “Zullen we heel stilletjes op onze tenen door de gang lopen zodat niemand ons kan horen?”.

Positieve formuleringen: hoe begin je eraan?

Het is niet gek dat we altijd “neen”, “stop daarmee” of “dat mag je niet” zeggen tegen onze kinderen. Het is namelijk onze verantwoordelijkheid dat ze leren wat kan en niet in de maatschappij. We doen het al jaren, dus het vraagt best wat moeite en volharding om wat minder “neen” tegen onze kinderen te zeggen. Zo pak je het aan:

  • Luister eens goed naar jezelf. Hoe zeg jij meestal “neen” tegen je kind? En hoe pakt je partner het aan?
  • Merk je dat je toch “neen” of “stop” hebt gezegd? Geen probleem, dat is normaal. Probeer eens om er een positieve formulering aan toe te voegen.
  • Blijf proberen. Het is niet makkelijk om een oude gewoonte af te leren. We praten al zo lang op deze manier tegen onze kinderen, dus het duurt even om dit om te buigen.

Bron: motherhood.se, mamaenzo.nl

Nog meer lezen over opvoeding?

Volg ons op FacebookInstagramPinterest en schrijf je in op onze nieuwsbrief (onderaan de homepage) om op de hoogte te blijven van alle nieuwtjes!

Partner Content

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."