“België kan veel leren van Zweden: hier gaan zorg en educatie wél hand in hand”
Schaf het onderscheid tussen de kinderopvang en de kleuterschool af, daarvoor pleiten verschillende experts hier in België. De inspiratie hiervoor komt uit het buitenland. Uit Zweden bijvoorbeeld, waar ze al 15 jaar op die manier werken. De Vlaamse Ellen Rammeloo werkt in zo’n Zweedse förskola en ziet niets dan voordelen.
Dat het in Vlaanderen niet goed gaat in de kinderopvang kon je onlangs nog zien in een reportage van “Pano”. We hebben de hoogste kindnorm per begeleider in Europa en bovendien behoort het personeel tot de laagst opgeleiden in vergelijking met andere landen. Afstappen van het gesplitst systeem met een kinderopvang tot 2,5 en een kleuterschool tot 6 jaar zou heel wat problemen kunnen oplossen. In een geïntegreerd systeem combineer je zorg en educatie en heb je dus ook geen hard overgangsmoment van opvang naar school als je kind 2,5 is. In Zweden bestaat dit systeem al vijftien jaar.
Ellen Rammeloo woonde tot voor kort in België, maar besloot om enkele jaren geleden met haar gezin naar Zweden te verhuizen. Ze werkt er nu als pedagoog in de förskola en ziet niets dan voordelen als het gaat over het geïntegreerd systeem. “Hier start een kind ten vroegste als het een jaar oud is, ervoor kunnen de ouders thuis blijven dankzij het uitgebreide ouderschapsverlof dat we in Zweden kennen. Ze blijven hier dan tot ze zes jaar zijn en starten dan in de F-klas, dat is een voorbereidingsjaar op het lager onderwijs.”
Förskola van één tot zes jaar
Hoe de förskola georganiseerd is hangt een beetje van de lokale situatie en grootte van de school af. “Hier bij ons werken we in drie groepjes, telkens met drie begeleiders. Ik heb lange tijd met de kindjes van vijf en zes jaar gewerkt, maar sinds kort sta ik bij de drie- en vierjarigen. Dat komt dus overeen met het eerste en tweede kleuterklasje in België.”
Bij de jongste kindjes werken ze met drie en een halve voltijdse kracht voor twaalf kindjes
Waar we in België in de kinderopvang te maken hebben met één kinderbegleider voor maximaal acht kinderen en kleuterklasjes van twintig kindjes voor één juf geen uitzondering zijn, is de situatie in de Zweedse förskola helemaal anders. Dat beseft Ellen heel goed. “Bij de jongste kindjes werken nu drie voltijdse en één halftijdse begeleider voor twaalf kindjes, de drie- tot vierjarigen zijn met veertien voor drie voltijdse begeleiders en bij de oudste kindjes zijn ze met drie voltijdse krachten voor 21 kindjes.”
De standaard is dat 75% van de begeleiders een hoger pedagogisch diploma heeft. Jammer genoeg wordt die standaard in bepaalde regio’s niet gehaald
“Dat is uiteraard een immens verschil met hoe het er in België aan toe gaat“, weet Ellen. “Bovendien is het de standaard dat 75% van de begeleiders förskollärare is en dus een hoger pedagogisch diploma heeft. Je zou het kunnen vergelijken met een kleuterjuf. Ik moet eerlijk toegeven dat deze standaard niet overal gehaald wordt. Ook bij ons hier op het platteland is er een gebrek aan kleuterjuffen en werken we momenteel met één kleuterjuf per afdeling. De rest zijn pedagogen. Dat zijn dan kinderverzorgsters of mensen met een ander diploma die toch graag in deze sector werken.”
Ik zou graag een bijkomende opleiding volgen tot kleuterjuf. Gelukkig kun je hier die opleiding met je job combineren, wat het een stuk aantrekkelijker maakt
Het is de kleuterjuf die de pedagogische lijnen uittekent en de eindverantwoordelijkheid heeft, maar het is zeker niet zo dat de rest enkel luiers mag verschonen. “In de praktijk komen onze taken grotendeels overeen”, zegt Ellen. “De lonen van een kleuterjuf liggen een stuk hoger, maar er zijn gelukkig wel doorgroeimogelijkheden.
Ik zou bijvoorbeeld graag de opleiding tot förskollärare of kleuterjuf volgen. Omdat ik in België toegepaste psychologie studeerde, wordt de opleiding hier verkort. Ik kan die studie bovendien met mijn job combineren. Dat wordt hier heel erg aangemoedigd, zo doe je ook tijdens je opleiding praktijkervaring op. Dankzij de doorgroeimogelijkheden wordt de job een stuk interessanter.”
Zorg en educatie gaan samen in de Zweedse förskola
Door het gesplitst systeem in België leg je de nadruk op verzorging in de kinderopvang en educatie in de kleuterschool. In Zweden werken juffen en kinderverzorgsters naast elkaar en gaan zorg en educatie bijgevolg hand in hand. Ellen is fan van de combinatie in Zweden. “Hier lopen beide aspecten op een natuurlijke manier door elkaar”, zegt ze. “Bij de allerkleinsten ligt de nadruk natuurlijk op het zorgend aspect. Maar ook zij werken elk jaar aan een educatief project, hoe klein hun bijdrage ook is. Dit jaar was het thema kracht. Als team beslis je zelf hoe je dat invult met de kinderen. Je moet natuurlijk wel bepaalde dingen van het leerplan afvinken, maar de manier waarop bepaal je zelf.
De allerkleinsten werkten rond emoties en de kracht van vriendschap. Ze leren bijvoorbeeld in gebarentaal vertellen hoe ze verdrietig of boos zijn, ter ondersteuning van de spraak. Bij de grotere kinderen is het een stuk concreter, maar nog steeds totaal niet te vergelijken met hoe het in België is.
Niemand wordt verplicht om mee te doen. In de plaats vragen we wie zin heeft om mee te werken, dat is een groot verschil
Er zijn bijvoorbeeld geen verplichte taakjes die tegen het einde van de week afgewerkt moeten zijn. We werken aan een gezamenlijk project, maar niemand wordt verplicht om mee te doen. In de plaats vragen we wie wil meewerken, dat is een groot verschil. Onlangs gingen we zaadjes planten en was er een kleuter die zijn handen niet vuil wilde maken, dan is dat oké. Hij mocht gewoon toekijken.
In het begin was het best aanpassen voor mij, dat geef ik toe. Het eerste half jaar vond ik het zel moeilijk om te zien waar het educatieve aspect zat. Nu begrijp ik beter dat het kind veel zelf beslist en dat wij als pedagogen de interesses van het kind volgen.”
Het leerplan volgen vanuit het kind
Er bestaat natuurlijk wel een leerplan, ook in de Zweedse förskola. Al wordt dat bewust vaag gehouden, volgens Ellen. “Er wordt vermeld waarmee het kind in aanraking moet komen, maar dat is nooit heel concreet. Het gaat trouwens niet om de typisch schoolse vaardigheden zoals mooi recht kunnen knippen of op het einde van de rit tot tien tellen of het alfabet opzeggen. Hier zetten ze in op persoonlijke ontwikkeling. We leren wat een democratie is -op kleuterniveau uiteraard- en dat iedereen gelijkwaardig is, ook al mag je anders zijn. De nadruk ligt op spelen en vooral ervaringsgericht leren en wij volgen daarin het tempo en de interesses van het kind.
In België beslist de juf wat er op het programma staat die dag, wij laten ons leiden door de interesses van de kinderen
In België beslist de juf wat er die dag op het programma staat, hier in de Zweedse förskola laten we ons leiden door de natuurlijke nieuwsgierigheid van de kinderen. Ga je bijvoorbeeld naar het bos met een plan in je hoofd, dan komen daar meestal andere dingen tussen. Je koppelt de leermomenten ook aan wat er zich aandient. We hebben geen rekenmomentje, maar we tellen de kinderen wel samen. En als er twee bij de groep aansluiten, leren we spelenderwijs optellen. Ze leren echt ontzettend veel, alleen niet op de traditionele manier.”
Het tempo van het kind
Dat educatie en zorg hand in hand gaan wordt ook duidelijk als Ellen het heeft over de dagindeling. Naar het bos gaan gebeurt enkel in de voormiddag bijvoorbeeld en daar is een goede reden voor. “Na de lunch houden we een rustmomentje. De kinderen die er nood aan hebben, kunnen gaan slapen, ongeacht de leeftijd. Er zijn zelfs kindjes van vijf jaar die in het begin van het jaar nog even een dutje doen. Bij de drie- tot vierjarigen slaapt gemiddeld de helft. De rest van de groep mag een pedagogisch tv-programma kijken of samen met ons boekjes lezen. Er zijn absoluut geen regels verbonden aan het slapen of niet slapen. We volgen hierin de behoeften van het kind.
Elk kind dat er nood aan heeft, mag een dutje doen in de namiddag. Ook als dat kind al vijf jaar oud is
Hetzelfde geldt voor het dragen van een luier. Terwijl de ouders in België aangespoord worden om de kinderen zindelijk naar school te brengen, mogen ze hier hun eigen tempo volgen. We hadden op een bepaald moment twee vijfjarigen die nog een luier droegen.”
Een vlotte overgang als het kind klaar is
Alles verloopt een stuk gemoedelijker en er is geen sprake van een bruuske overgang van het ene systeem naar het andere op het moment dat het kind 2,5 is. “De overgang van het ene groepje naar het andere verloopt ook niet zoals in de kleuterklasjes in België”, weet Ellen. “Ze kunnen eigenlijk op elk moment overstappen. Dat hangt natuurlijk af van hoeveel nieuwe kindjes er bijkomen in het eerste groepje, maar er wordt ook gekeken of de kindjes er klaar voor zijn of niet. De ene vierjarige is nu eenmaal de andere niet.”
Hier in Zweden vinden ze al snel dat we met te weinig zijn, terwijl het in België normaal is dat je als juf verantwoordelijk bent voor twintig kindjes in je klas
De overgang verloopt doorgaans vlot, omdat de kinderen alle begeleiders goed kennen. Ze werken namelijk regelmatig samen. Vaak omwille van pedagogische overtuigingen, maar soms ook omwille van praktische overwegingen. Zo zijn de pauzes heilig in Zweden -iedereen heeft recht op fika-, maar ook als er iemand ziek is of vakantie heeft, werken de begeleidsters samen. “Hier in Zweden vinden ze al snel dat we met te weinig zijn, terwijl het in België normaal is dat je als juf verantwoordelijk bent voor twintig kindjes in je klas”, zegt Ellen.
België versus de Zweedse förskola
“Als je de collega’s hier vertelt over de situatie in België, dan kunnen ze zich er echt niets bij voorstellen! Ze vinden bijvoorbeeld dat een kind van een jaar te jong is voor de förskola. Als ze horen dat we in België onze baby’s na amper drie maanden achterlaten bij een vreemde, dan vallen ze bijna achterover. Ik heb er vroeger eerlijk gezegd ook niet bij stilgestaan dat het in andere landen beter geregeld is. Ik droom soms stiekem van een vierde kind, enkel om het hier alle kansen te geven.”
Het klinkt soms te mooi om waar te zijn, maar Ellen is nuchter genoeg om het niet te romantiseren. “Het is niet allemaal rozengeur en maneschijn hier in Zweden. In België proberen ouders tijdelijk minder te gaan werken om de momenten dat de kindjes naar de kinderopvang moeten te beperken in duur. Hier gaan de mama’s en papa’s zodra de kinderen naar de förskola gaan, meestal meteen opnieuw voltijds aan de slag. Vooral bij de allerkleinsten kunnen die lange dagen tegen het einde van de week serieus doorwegen.”
Toch is Ellen ervan overtuigd dat het Zweeds systeem een oplossing kan zijn voor een deel van de problemen in de Vlaamse kinderopvang en kleuterscholen. “Maar dan moeten ze afstappen van het klassieke schoolsysteem, ook in de kleuterklas. Laat een deel van die verwachtingen los zodat een kind meer kind kan zijn. Op het einde van de rit komt het allemaal goed!”
Zeker ook lezen:
Volg ons op Facebook, Instagram, Pinterest en schrijf je in op onze nieuwsbrief (onderaan de homepage) om op de hoogte te blijven van alle nieuwtjes!