Baby
Pleegmama Cato: “Op een moment kan Lena terug naar haar mama gaan, dus we moeten van dag tot dag leven”

Hoera Moederdag! Dé dag waarop mama’s collectief smelten voor prachtige zelfgemaakte armbandjes en met acrylverf versierde bloempotten. Ter ere van alle mama’s, zetten we graag enkele sterke mama’s met een bijzonder verhaal in de bloemetjes. Want hé jij daar, wensmama, pleegmama, zorgmama, adoptiemama, plusmama of (bewust) alleenstaande mama… Zelfs al heb je niet elke dag het gevoel alle ballen in de lucht te houden, je bent goed bezig!

Vandaag aan het woord: pleegmama Cato

Lena doet nog een dutje als ik binnenkom voor het interview. Cato (30) is helemaal zen en zit met de babyfoon te wachten. Het huis is gezellig ingericht met een rekje vol boekjes en veel speelgoed. Alles om voor een peuter te zorgen, je zou niet denken dat hier slechts tijdelijk een kindje woont. “Lena is ondertussen al langer dan een jaar bij ons. Ze was een maand oud toen mijn vriendin Gitte en ik haar oppikten in het ziekenhuis. We hadden een weekje om alles op orde te zetten. Het was hartverwarmend hoeveel steun we kregen en dat mensen ons veel van de nodige spullen gaven.”

pleegmama-cato

Proficiat met Moederdag!

“Dankjewel. Wij vinden het heel fijn om pleegmama te kunnen zijn van deze leuke meid. Een cadeautje is voor mij niet zo belangrijk. Maar ik vind het wel belangrijk om scholen en crèches nog eens te wijzen op het feit dat er tegenwoordig veel niet zo traditionele gezinnen zijn: alleenstaande ouders, plusfamilies, ouders met hetzelfde geslacht, pleegouders… Ik zou nog even kunnen doorgaan. Ik vind het belangrijk dat er rekening wordt gehouden met gezinnen die niet bestaan uit het klassieke mama, papa en twee kindjes.

Pleegmama zijn is een mooi engagement. Hebben jullie altijd een grote kinderwens gehad?

“We zijn een vrouwelijk koppel en daarom moesten nadenken of we een kindje wilden en op welke manier. Zou een van ons zwanger worden, en wie dan? Of wilden we adopteren? Dat laatse viel vrij snel weg omdat we geloven dat een kind zo dicht mogelijk bij de biologische ouders moet opgroeien als dat kan. En net omdat we graag de vader kennen, waren we ook niet zo’n voorstander van inseminatie met een onbekende donor.

Gitte en ik zijn in onze vrije tijd veel bezig met kinderen en jongeren die in kwetsbare situaties opgroeien. We zijn heel lang als moni meegeweest naar kampen voor kwetsbare kinderen en jongeren. Ook in onze jobs – we werken allebei in de sociale sector – worden we vaak geconfronteerd met het feit dat opvoeden helemaal niet zo gemakkelijk is.

Daarom groeide het idee dat we misschien mee konden zorgen voor een kindje dat er al was, en dat al onze liefde en zorgen geven. Een drietal jaar geleden zijn we beginnen na te denken over pleegzorg. Gitte kwam met het idee, maar ik was zelf ook overtuigd. We hebben er heel veel gesprekken over gevoerd. Dat is volgens mij essentieel om er een succes van te maken: je moet er allebei voor 100% achter staan.

Moederdag is leuk, maar crèches en scholen zouden rekening moeten houden met alle verschillende gezinsvormen

Hoe start je met zo’n traject?

“Via de website van Pleegzorg Vlaanderen hebben we ons ingeschreven voor een infomoment. Je krijgt daar uitleg over wat pleegzorg inhoudt, en hoort zowel de positieve als de uitdagende kant van het verhaal. Toen we nog steeds overtuigd waren, kwam er iemand van de organisatie langs voor een screening bij ons thuis. Ze bekeken zowel onze woning als ons als koppel en als persoon. De vragenlijsten en screening worden erg grondig gedaan. Van ‘hoe ga je om met hechting?’ of ‘hoe zorg je voor een veilige omgeving?’ tot ‘Hoe gaat je eigen verleden invloed hebben op het ouderschap?‘ Sommige vragen zijn best confronterend. Je wordt serieus op de rooster gelegd om te weten of je het ziet zitten en of je er klaar voor bent. Begrijpelijk natuurlijk! Daarna krijg je enkele sessies rond thema’s als hechting, veiligheid en trauma.

Je mag zelf aangeven welk pleegouderschap het best bij je past. De opties zijn heel breed. Zo kun je zelf aangeven welke problematieken je bij kinderen én bij ouders ziet zitten, en of je bijvoorbeeld een kindje wilt opvangen met een beperking of een niet begeleide minderjarige vluchteling. Ook op leeftijdsvlak kun je zelf de marge kiezen. Er zijn ouders die bijvoorbeeld jongeren willen die ongeveer dezelfde leeftijd hebben als hun eigen kinderen. Wij gaven als voorkeur een kindje tussen nul en vijf jaar. En we gaven ons op als langdurig pleeggezin. Op die manier zouden we voldoende tijd krijgen tussen het telefoontje en het moment dat het kindje bij ons zou zijn.

We werden serieus op de rooster gelegd om te controleren of we allebei klaar waren om pleegmoeder te worden

En dan volgt het wachten…

“Dat was best spannend. Bij elk telefoontje van een onbekend nummer vroegen we ons af of het Pleegzorg zou zijn. Toen het telefoontje na negen maanden volgde – bijna symbolisch, de periode van een zwangerschap – bleek dat we niet zoveel tijd zouden hebben om ons voor te bereiden. Het was een crisisvraag, maar wij werden gebeld omdat ze voor langere tijd opvang nodig hadden. Lena was een drietal weken ervoor geboren en lag nog in het ziekenhuis te wachten op een match met een pleeggezin. We voelden dat het juist zat en dat we Lena een warme thuis bieden. Dat betekende ook dat we ons een razendsnel tempo moesten voorbereiden. Hoe sneller ze kon komen, hoe beter. In een week tijd hebben we de belangrijkste spullen verzameld en het huis kidsproof gemaakt.

In het ziekenhuis mochten we een nachtje blijven. Dat was wel belangrijk: het was voor ons allebei de eerste keer. We leerden net als andere kersverse mama’s of papa’s hoe we eten moesten geven of Lena in badje konden steken. Achteraf gezien zijn we blij dat het zo snel is gegaan: we moesten zo snel schakelen dat we geen tijd hadden om ons lang zorgen te maken of druk te maken. Het was een sprong in het diepe.

Nu is ze nog steeds bij ons. Initieel was het een crisisopvang, daarna veranderde dat naar een opvangsperiode voor minder dan een jaar, en recent is dit verlengd. Ze is nu al langer dan een jaar bij ons.”

Bij elk telefoontje van een onbekend nummer sprongen we op. Zou dat ons pleegkindje zijn dat op ons wacht?

pleegmama
Pleegmama Cato (rechts) met vriendin Gitte en hun pleegdochter.

Een kindje opvoeden is niet gemakkelijk. Hoe pakten jullie dat aan?

“In het begin was het zoeken. We hadden het geluk dat ze goed sliep en at en dat ze op haar gemak was bij mensen. Omdat het om een crisisvraag ging, konden we geen pleegouderverlof opnemen. We moesten rekenen op de goodwill en flexibiliteit van onze werkgevers. Niet zo eenvoudig, er lagen al heel wat afspraken vast. We besloten allebei halftijds te werken. We wilden veel bij haar zijn. Na een maand – het verdanderde toen van crisisopvang naar opvang van een jaar – maakten we aanspraak op dat pleegouderverlof. Toen kregen we zes weken.

We kregen ook hulp van onze crèche, zij hadden een crisisplaats vrij. Na 4 à 5 maanden is ze beginnen te gaan. Op woensdagen gaat ze naar mijn schoonouders en we ze gaat af en toe logeren. Het is een uitdaging om elkaar als koppel niet uit het oog te verliezen. We proberen regelmatig tijd in te plannen met z’n tweetjes. We zijn niet enkel mama’s, we zijn ook nog elkaars lief.”

Hoe sneller ze kon komen, hoe beter. In een week tijd hebben we de belangrijkste spullen verzameld en ons huis kidsproof gemaakt

Lena is nu al een tijdje bij jullie. Hoe ga je om met de onzekerheid dat ze ooit terug naar haar mama gaat?

“Dat is niet evident. We gaan met Lena om alsof het ons eigen kind is. Haar mama komt om de twee weken op bezoek. Afhankelijk van de situatie van de mama blijft Lena bij ons of gaat ze terug naar haar. Dat idee is beangstigend. We proberen er niet te vaak aan te denken. Als mensen ons er vragen over stellen, spookt het door onze gedachten. We proberen dat los te laten, want het heeft niet veel nut om daar continu mee bezig te zijn. Maar dat is niet altijd mogelijk. Zo gaat Lena in september 2024 naar de kleuterschool. We moeten haar nu al inschrijven, maar beseffen tegelijkertijd ook wel dat we niet 100% zeker zijn of ze dan bij ons is. En we maken zomerplannen, maar weten natuurlijk niet zeker of we die kunnen uitvoeren met haar.

We leven van dag tot dag. Bovendien gaat het heel geleidelijk als ze terug naar haar mama moet. Eerst kwam de mama één uur per twee weken op bezoek. Nu komt ze twee uur per twee weken. Ze woont op een uur rijden van ons, maar ze staat er elke twee weken zonder fout. We vinden dat heel sterk, we zijn daar dankbaar voor. De band tussen Lena en haar mama vinden we heel belangrijk. Als ze ooit terug permanent naar haar mama zou gaan, zou dat heel traag opgebouwd worden. Een volgende stap zou zijn dat Lena een keer bij haar thuis op bezoek kan. Daarna zou ze misschien een keer overnachten. Maar Lena zal nooit van vandaag op morgen opeens naar haar mama moeten. Dat stelt enigszins gerust.

Pleegzorg begeleidt ons daar ook bij en luistert daarin naar de noden en wensen van alle partijen. Het idee dat ze ooit terug naar biologische mama kan is rationeel gezien heel logisch, maar zal emotioneel een zware dobber zijn.”

Het idee dat Lena ooit terug naar haar mama verhuist? Rationeel is het heel logisch, maar emotioneel zal het zwaar zijn

Je ziet Lena’s mama regelmatig. Hoe is jullie band?

“Wij hebben het grote geluk dat Lena haar mama vrijwillig heeft ingestemd voor pleegzorg. In het ziekenhuis heeft ze dat met het OCJ (Ondersteuningscentrum Jeugdzorg) samen beslist. Ze is heel dankbaar naar ons toe. Bij gedwongen pleegzorg ligt dat soms gevoeliger, dan kunnen ouders heel boos zijn of het gevoel hebben dat pleegouders hun kind willen afpakken. Wij zijn blij dat we bij het eerste pleegkindje op deze manier zijn kunnen starten. We vinden het belangrijk om verbinding met haar te kunnen maken.

Lena’s vader is onbekend. Ze heeft wel een halfzus, zij is twaalf en komt elke maand op bezoek. Ik vind het heel belangrijk dat de zussen een band smeden: stel dat hun mama in de toekomst om een of andere reden niet meer in hun leven is, dan hebben ze wel elkaar nog.”

Wij hebben het geluk dat Lena’s mama vrijwillig voor pleegzorg koos. Bij gedwongen plaatsing zijn ouders vaak heel boos op de pleegouders

pleegmama-pleegouderschap
Pleegmama Cato (rechts) met vriendin Gitten en hun pleegdochter.

Je zegt ‘eerste pleegkindje’. Willen jullie nog pleegkindjes?

“In de toekomst zal het waarschijnlijk niet bij eentje blijven. We wilden nu even kijken hoe het zou gaan met één kindje. Maar we staan zeker open om op een later moment broertjes en zusjes op te vangen, want er is een grote vraag naar pleegouders die meerdere kindjes willen opvangen.

Je had het al over trainingen rond hechting en trauma. Was je daar bang voor?

“In het ziekenhuis lag Lena op de neonatale afdeling waardoor ze net iets meer aandacht kon krijgen dan op een andere afdeling. We weten dat haar start er eentje was met de juiste voeding en lieve zorgen van het personeel daar. We wilden alles doen om ook zelf bij te dragen aan een veilige hechting. We hielden haar heel veel bij ons die eerste periode, ze sliep vaak op een van ons twee.

Het lijkt nu goed te gaan. We gaan naar Kind & Gezin en Lena wordt daar net als andere baby’s opgevolgd. We zijn blij te zien dat ze goed ontwikkelt. We weten niet hoe de zwangerschap is geweest en weten slechts een beetje over de bevalling. Elke stap die ze zet zoals het zou moeten, is voor ons een opluchting. We waren zo blij dat ze kroop of begon te brabbelen bijvoorbeeld. We weten niet hoe het later zal zijn, misschien zijn dingen moeilijk voor haar of zal ze een ontwikkelings- of leerstoornis hebben, en dat houden we wel in ons achterhoofd. Dat zal oké zijn, het zal dan bij haar horen.

Veel ouders vinden dat het ouderschap toch ook een beetje het oude leven opgeven is. Heb je dat gevoel ook?

“Eigenlijk niet. We gaan heel graag kamperen. Gelukkig vindt Lena dat zelf ook leuk. Ze vindt het net als ons zalig om in de natuur te zijn. Als we echt een keer nood hebben om pakweg met vriendinnen te gaan eten, kunnen we opvang voorzien. Maar ik merk wel dat ik dat minder vaak doe, dat ik er minder behoefte aan heb omdat ik haar dan mis. We willen haar er gewoon graag bij, dus we kiezen liever activiteiten waar ze zelf ook iets aan heeft.”

Zou je pleegzorg zelf aanraden?

“Als je geïnteresseerd bent, absoluut! Pleegzorg is spannend, maar we kunnen altijd bellen of mailen als we met vragen zitten. En hoewel veel mensen in onze omgeving zeggen dat ze het zelf niet zouden kunnen, voelt het voor ons bijna als een evidentie. Bovendien staan ze te springen om eens te babysitten. En wij helpen een meisje en dragen bij aan haar ontwikkeling, wat is er eigenlijk mooier dan dat?”

pleegmama-cato

Meer sterke verhalen van mama’s:

Volg ons op FacebookInstagramPinterest en schrijf je in op onze nieuwsbrief om op de hoogte te blijven van alle nieuwtjes!

Lena’s naam is een schuilnaam omwille van privacyredenen.

Partner Content

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."